Poecilia reticulata – Guppy
- 01
- apr
De Guppy is de vis waar eigenlijk iedere beginnende aquariaan mee start. Niet gek, want ze zijn lekker levendig, zien er mooi uit, ze zijn niet moeilijk te verzorgen en ze planten zich makkelijk voort. Daar schuilt ook meteen het gevaar: voor je het weet zit je met een aquarium vol met guppy’s!
Wetenschappelijke naam: Poecilia reticulata
Nederlandse naam: Guppy
Herkomst: Oorspronkelijk uit Zuid-Amerika
Familie: Poeciliidae (levendbarende tandkarpers)
Lengte: 5 tot 6 centimeter
Maximale leeftijd: 9 jaar, maar de huidige nakweekexemplaren worden niet zo oud.
Het uiterlijk van het mannetje
Het mannetje kan alle kleuren van de regenboog hebben, de staart kan ook diverse vormen aannemen. (zie afbeelding onderaan artikel) Mannetjesguppy’s komen onder andere in de kleuren zwart, blauw, groen, rood en geel voor.
Het uiterlijk van het vrouwtje
Het vrouwtje is wat groter en dikker dan het mannetje, en is meestal wat minder bontgekleurd. Tijdens de zwangerschap vertoont het vrouwtje een zwarte stip op het achterlijf. (zie afbeelding)
De inrichting van het aquarium
Het aquarium hoeft niet erg groot te zijn, maar guppy’s voelen zich het beste in een aquarium van minimaal 60 centimeter lang. Om hun mooie kleuren goed uit te laten komen, is het raadzaam om een donkere bodem te gebruiken en wat drijfplanten aan te brengen. Verder kun je wat planten aanbrengen om het vrouwtje wat schuilplaatsen te geven.
Het water
Guppy’s hebben de naam ontzettend sterke vissen te zijn, die in elke watersoort kunnen overleven. Echter doordat het visje tot in den treuren is nagekweekt, gaat dit helaas niet meer op. Guppen zijn nog steeds vrij sterk, maar het is wel nodig om ze iets tegemoet te komen wat betreft de waterwaardes. De PH mag vrij hoog zijn, tussen 7 en 8. Ze houden ook van een redelijk hoge GH, zo tussen de 12 en 16. De temperatuur hoeft niet hoog te zijn, maar het gebruik van een verwarmingselement is wel verstandig. Houdt de temperatuur zo rond de 24°C
Gedrag
De guppy is een redelijk vreedzaam visje dat erg actief is. Omdat het mannetje constante pogingen tot paring doet, is het slim om meer vrouwtjes dan mannetjes te houden. Een verhouding 3:1 is prima. Guppen bewonen alle waterlagen, maar hebben een voorkeur voor de bovenste waterlaag.
Geschikte medebewoners
Omdat guppy’s zo druk zijn, is het raadzaam om ze niet met vissen samen te houden die op hun rust gesteld zijn. Houdt guppen niet met goerami’s en ook niet met barbelen, deze zullen aan de mooie vinnen van de guppy’s gaan knabbelen. Een combinatie kan zijn:
- Bovenlaag: school guppen
- Middenlaag: vreedzame scholenvis, zoals de Kardinaaltetra of een school zalmpjes
- Onderste waterlaag: school corydoras, een mooie meerval of een koppel dwergcichliden.
Voeding
Guppy’s zijn alleseters. Zowel droogvoer, diepvriesvoer als levend voer wordt goed opgenomen. Soms eten ze ook wat algen maar ze zijn niet geschikt als algetende vissen.
Voortplanting
De guppy is waarschijnlijk de gemakkelijkste vis om na te kweken. Het enige dat je hoeft te doen is mannetjes en vrouwtjes samen houden. Zodra het vrouwtje zwanger is kun je dit zien aan de zwarte stip op het achterlijf. Ook zal ze steeds dikker worden. Na een week of drie worden de jongen geboren, deze kunnen meteen vrijzwemmen en voor zichzelf zorgen. Voer de jongen met stofvoer. Let op: de guppen en ook andere vissen zien de jonge gupjes als een lekker hapje. Toch lukt het meestal wel om enkele guppen groot te brengen, zeker als je het aquarium flink beplant.